zondag 16 oktober 2016

Woord in de Sandbox



Woord in de Sandbox

Het woord kruiste mijn pad, ontwapenend lichtvoetig ondanks zijn gewicht. De klank alleen al gaf kleur aan het schrale zwart-wit landschap waarin wij ons bevonden. Voor het kon wegglippen, hield ik het staande. 
   ‘Hoe bestaat het?’ vroeg ik. ‘Is er nog recht van spreken?’ 
   ‘Jawel,’ antwoordde het woord. ‘Meer dan ooit, hoewel ik soms denk op het randje van mijn bestaan te balanceren. Ik ben niet echt van deze tijd, ik zit in het verdomhoekje. Andere woorden lijken mij te kunnen vervangen. Ik ben er niet blij mee. Ben ik versleten, of word ik weggemoffeld? Functioneren mijn spreekbuizen niet meer naar behoren? Ik ben er altijd geweest, ik ben niet te vervangen. Als trefwoord hoor ik op de Nummer 1 positie in Google te staan, maar ik ben diep gezakt.’ 
 ‘Als je de Nummer 1 positie wenst, zou je moeten bezien hoe je het beste geoptimaliseerd kan worden. Daar zijn allerlei hulpprogramma’s voor in omloop.’ 
 ‘Waar te beginnen?’ 
 ‘Je moet de inhoud nalopen, je zou technisch advies kunnen vragen voor hosting en omleidingen bijvoorbeeld, en de inhoud moet –denk ik- wat meer ontwikkeld worden. Als je de positie van Nummer 1 zou bereiken en die kunt vasthouden kun je de helft of meer van de zoekers naar jou leiden. Maar het is niet makkelijk om op die positie te komen. Je valt eerst in de Google Sandbox. Het duurt maanden voor je resultaat ziet. Om op te klimmen, moet je zoeken naar spreekbuizen die jouw trefwoord willen toevoegen. Ook dat kan best heel lang duren, maar na een tijdje stijg je in de Top 10. Om een topplaats vast te houden, moet je een goede zoekmachine optimalisatie gebruiken en natuurlijk blijft link building hard nodig. Maar het kan mislukken. Er zijn er nu eenmaal die je blijven wegdrukken en willen voorkomen dat je op Nummer 1 komt te staan. Soms kun je het maar beter opgeven.’
‘Het ligt niet in mijn aard om op te geven. Ik ben bestendig, als een soort voortdurende basis die er gewoon is. Maar het zit op dit moment wel erg tegen. Ik heb veel collega’s, die trouwens ook steeds minder gesproken worden. Zoek ze eens op, het zal hen en mij goed doen. Maar ze zijn niet mij.'
Ik spreek ze op het synoniemennet. Daar staan ze: barmhartig, edelmoedig, geduldig, goedertieren, lijdzaam, toegevend, tolerant, verdraagzaam. Ze zijn inderdaad fijne collega’s, maar net even anders. Waarin precies? Ik ga op zoek naar goede omschrijvingen van mijn gesprekspartner en lees hem om te beginnen voor uit de van Dale: in staat veel te verdragen vóór boos te worden. De Nederlandsche Encyclopedie gaat net iets verder en verklaart: als je niet snel boos wordt wanneer daar wel reden voor is. 
   ‘Klopt, hoewel daarmee nog niet alles is gezegd. Sommige spreekbuizen schenken mij een goddelijke bonus. In Bijbelse sferen word ik als eigenschap aan God en Jezus toegedicht om de gewone sterveling tot voorbeeld te strekken.’
       Om ons terug te voeren naar een aardser ambiance, bepleit ik nogmaals de mogelijkheid van technisch advies.
Het is stil.
    ‘Laat die optimalisatie operatie maar zitten. Het is niet mijn wezen om anderen te verdringen voor een Nummer 1 positie. Ik geef niet op, maar ik ben die ik ben. Vergeet niet dat weerloosheid raakt aan mij.’
    Alles van waarde is weerloos, is er geschreven.’
    ‘Zo is het. Lucebert.’
    ‘Maar er is toch niets mis met link building en het opsporen van geschikte spreekbuizen? Ik kan je liken op facebook en op andere social media ……’
    ‘Sociale media, je begrijpt dat die niet echt mijn ding zijn. In die kerker van korte lontjes word ik gekruisigd.’
    ‘Dan zou jij toch juist ….’
    ‘We dwalen af. Ik heb een heilig randje maar daar is alles mee gezegd.’
    ‘Jij begon over Google.’
    ‘Dat is niet hetzelfde als sociale media. Bovendien was het bij wijze van spreken, die Google Nummer 1 wens.’
    ‘Om te beginnen kan ik proberen een goede spreekbuis van je te zijn.’
    ‘Ja, doe dat. Ik blijf voorlopig in de Sandbox. Ik kom wel weer boven. Ik kan niet anders dan blijven die ik ben: lankmoedig.